Wednesday, April 25, 2007

Wij bidden tot God

Vandaag was uw sjamaan, vermoeider dan ooit te voren en stond letterlijk te tollen opzijn benen.

Zo’n tweede nachtdienst in een paar dagen, is als een rondje rond de wereld in een vliegtuig.
De HAP & praktijk de luchthavens, waar je noodgedwongen verblijft, op weg naar God mag weten waar.

Vanochtend, na niet geslapen, 2 uur gepakt om daarna een spreekuur te zien van meer dan 40 man. De twee doden van vannacht spookten ondertussen nog geruime tijd door mijn hoofd.
Na thuiskomst, was bier het enige dat mijn systeem kon verdragen, waarna ik crashte en voor een paar uur mijn bed op zocht.

Vleselijke zaken, node gemist, hebben mij inmiddels verfrist, zodat ik moet op passen voor de val die een nieuwe nacht voor me zet.

De sms-en van mijn 2e zoon uit Barcelona, klinken enthousiast, hij geniet met volle teugen naar het schijnt. De rapporten van nummer 1 en 3, zijn naar behoren, dus op dat gebied, geen stress van noemenswaardige betekenis.

Vanaf morgen, nog niet eens eind april, breken zomerse omstandigheden, opnieuw op alle fronten records.

Te snel voor woorden is mei nabij geslopen. Een mensenleven zo voorbij.

Nog 1 Tripel in de koelkast, van de 4 door haar gekocht. Zij kent mijn grenzen als geen ander.

Zo moet het zijn. Een leven razen, door te werken en te reizen en beminnen in de overdrive.

Naast de 2 mannen die gisteren overleden, bezocht ik voor het eerst in mijn leven een asiel zoeker centrum, waar 4 personen op 1 kamertje wonen, van amper 10 vierkante meter. De man met sleutelbos voor de deur, deed me aan bromsnor denken en sprak met Amsterdams accent. De Syrische, maar Christelijk gelovende bewoners, probeerde mij op mijn gemak te stellen en behandelden me als gast.

Voelde zelden zoveel schaamte, als bij beschouwen, hoe deze mensen moeten leven in ons “Gastvrije”land. De oudste man, kerel van 70 en bepaald niet dom, wachtte nu al 8 jaar onder deze omstandigheden op een wonder. Ik snap echt niet hoe zoiets kan!

Ik vroeg hen, hoe zij vertrouwen hielden in deze Kafka achtige situatie.

zij spraken met een glimlach op hun lippen:


“Wij bidden tot God”


Sjamaandigitaal 250407